Zijn naam is Dorknoper, sinds 1951 ambtenaar eerste klasse van de gemeente Rommeldam. Zijn geestelijke vader is Marten Toonder en hij beschikt over een aantal eigenschappen die hem tot een voorbeeld voor alle ambtenaren maakt. Administratief ambtenaar der eerste klasse A Dorknoper is onkreukbaar en hardwerkend.
Kijkend door mijn LEAN-bril (of noem het beroepsdeformatie zo u wilt) herken ik bij de voorbeeldige Dorknoper ook een aantal aspecten van LEAN. Was hij wellicht de eerste LEANe ambtenaar? Uit het gulden-tijdperk, schrijf ik graag een aantal gouden citaten van Dorknoper voor u op, aangevuld met andere teksten uit hetzelfde boekje (‘DORKNOPER een voorbeeldig ambtenaar’; ISBN 90-71959-02-3) waarin zijn voorbeeldfunctioneren is beschreven.
En oordeelt u dan zelf hoe er in de gemeente ROMMELDAM al decennia lang LEAN wordt gewerkt.
Wie is de klant? Deze vraag is in menig gemeente altijd aanleiding tot felle discussies, maar niet voor Dorknoper! Hij zegt, onkreukbaar als hij is: “Wanneer men een ambtenaar vraagt voor wie er wordt gewerkt, dan volgen er wonderlijke antwoorden. Voor de minister, voor de burgemeester of voor de directe chef. Een enkele ontspoorde ambtenaar meent voor zichzelf te werken. Fout. Ambtenaren werken direct of indirect voor de burgers! Ambtenaren zijn dus geen overheidsdienaren maar burgerdienaren!”
Over waarde toevoegende processen: “Hier hebben we het!” riep hij uit, terwijl hij van achter zijn folianten oprees. “Alles wordt hier keurig beschreven, zoals u ziet. Niets gaat verloren!” “Er zijn tal van sociale voorzieningen en regelingen. Ik noem slechts de AO, de RAG en de VAL, en dan is er nog de betreffende commissie”. “Kijk u moet deze formulieren invullen in drievoud. En na voldoening van de verschuldigde leges en zegelkosten kunnen we aan het werk gaan. Wij ambtenaren zijn werkelijk de kwaadsten niet.” “Ambtelijke molens malen langzaam maar zeker,” sprak Dorknoper. “Men kan nu eenmaal geen voorschriften met handen breken”.
Ook over doorlooptijden wordt door hem gesproken: “Met het een en ander zal een korte tijd gemoeid zijn. Een maandje of drie, schat ik”. “De heer Dorknoper had het niet voor niets tot ambtenaar eerste klasse gebracht. Er waren gevallen bekend waarin hij binnen één jaar een verzoekschrift van een ingezeten beantwoord had, en deze keer stond zijn beslissing nog sneller vast”.
Over Werkdruk en het belang van een goede planning:“Menig ambtenaar is overwerkt. Maar hoe misleidend is het werkwoord overwerken. Want men hoeft van overwerk en werkdruk niet overwerkt te raken! Een hardwerkende ambtenaar loopt weinig risico op stress en afbranding. Als het werk maar goed kan worden gepland en als chefs en collega’s daarbij maar goede ondersteuners zijn.” En gesproken over goede planning (de boog kan tenslotte niet steeds gespannen staan): “Het is vier uur, en dus tijd voor de theepauze volgens artikel 8 van het huishoudelijk reglement voor ambtenaren”.
Aandacht en respect voor de werkers in het proces “Ambtenaren functioneren in ragfijne netwerken. Netwerken van mensen binnen en buiten de eigen organisatie. In een hechte ambtelijke organisatie werken per definitie ambtenaren die loyaal zijn jegens de publieke zaak. Een ambtenaar laat zijn collega’s en zijn chefs nooit vallen. Dorknoper heeft veel bijgedragen aan de ontwikkeling van deze hoge norm. Hij maakt daarbij geen onderscheid tussen gelijkgeschikten, ondergeschikten en bovengeschikten.”
= = = = =
Op basis van bovenstaande zult u misschien denken dat alles gladjes verloopt in Rommeldam. Uit de belevenissen van Dorknoper – door Marten Toonder zo mooi beschreven in zijn beeldende verhalen met Tom Poes en heer Bommel – blijkt echter dat er ook wel eens iets misgaat.
Problemen en bronoorzaken:“Alles is tegenwoordig zo mooi geregeld nu de ambtelijke molen door een regeringscomputer vervangen is, dat het lang duurt voordat men antwoord krijgt”. “De opbergsystemen zijn verouderd en er zijn zelfs geen mappen voor de groene formulieren voorradig. Bovendien lekt het dak, zodat ik mijn lessenaar in overuren heb moeten verplaatsen”, aldus Dorknoper. En hij vervolgt: ”Intussen moet ik met dwergen het overheidsapparaat gaande houden. Kunnen niet lezen of schrijven – en over rekenen spreek ik nog niet eens. Alles loopt in het honderd. Ach wat. In het biljoen”. “Er wordt werkelijk teveel van ons ambtenaren gevraagd”, mompelde hij. “Men moest eens weten onder welke omstandigheden wij op het gemeentehuis moeten werken”.
Maar gelukkig is er ook aandacht voor de feiten: “In een langjarige praktijk ten stadhuize had Dorknoper geleerd, dat … men zich aan de feiten moet houden”. “De rekenmachine liegt niet. Hij werkt keurig en bijzonder snel”. “En de overheid vergeet niet”, verklaarde de beambte koeltjes en hij trok een notitieboekje tevoorschijn. “Alles wordt opgeschreven, en daardoor gaat er niets verloren”.
Ook wordt structureel onderzoek gedaan naar wat de klant wil, want: De ambtenaar eerste klasse Dorknoper placht eens per week een buurtcafé te bezoeken om een verfrissing te gebruiken en een blik op het televisiescherm te slaan. “Zo houdt men voeling met een publiek en met het wereldgebeuren,” placht hij te zeggen – en dat schetst hem als een vooruitstrevend beambte.
Vernieuwing is noodzakelijk: “Maatschappelijke problemen oplossen en diensten verlenen. Zie daar het taakveld van de ambtenaar in notendop. Met veel wetjes en regeltjes alleen kan de ambtenaar van vandaag echter niet meer uit de voeten. Op creativiteit komt het aan. Maar wat is dat precies? In ieder geval is er voldoende ruimte nodig om buiten de vaste paden te kunnen treden. Echter creativiteit blijft een vaag begrip wanneer het niet tot leven komt”.
Maakt deze vaagheid misschien waarom een onkreukbare ambtenaar als Dorknoper op dit hedendaagse gedoe toch enigszins terughoudend reageert? Gelukkig zit er wel richting in. “Pah,” prevelde hij. “Dat klinkt me heel onaangenaam in de oren. Een ambtenaar heeft ook gevoel, al weet niet iedereen dat. Maar aan de andere kant is het voor een goed doel. Er wordt aan de Vooruitgang gewerkt, – en tegen de Vervuiling.”
En als dan vervolgens aan de Vooruitgang is gewerkt, – en tegen de Vervuiling, en de creativiteit tot leven is gekomen: “Dat was lekker”, verklaarde hij. “Och ja ook een ambtenaar kent zijn ogenblikken van zwakte. De overheid heeft daar geen bezwaar tegen, mits het niet te ver gaat”.
= = = = =
Met deze wijze woorden van Dorknoper, voorbeeldig EN vernieuwend ambtenaar der eerste klasse van de gemeente Rommeldam sinds 1951, eindigt mijn LEANe blik in zijn werkzame leven. En ook met deze woorden, eindigde op 28 februari 2019 mijn inzet bij de Gemeente Groningen, na bijna 3 jaar lang met veel plezier en enthousiasme gewerkt te hebben aan ‘Werk Lean’ bij de Directie Werk. Bedankt, lieve collega’s!